Regels rondom cameratoezicht
De AVG stelt regels met betrekking tot het vastleggen van beelden van herkenbare personen. Dit was dan ook de reden waarom Tata Steel het cameratoezicht op haar bedrijf aanvocht: volgens haar waren haar werknemers op de beelden herkenbaar in beeld en werd hun privacy geschonden. De omgevingsdienst had echter maatregelen getroffen om dit tegen te gaan. Zo was de camera op 450 meter afstand geplaatst, werden beelden gemaakt met een zodanige resolutie dat de mensen op die afstand niet herkenbaar zouden zijn en was de onderste helft van het beeld afgeschermd met een privacy mask.
Op de beelden waren met name de schoorstenen en hun uitstoot te zien. De enkele werknemer in beeld was slechts een onduidelijk stipje. De voorzieningenrechter wees de vorderingen van Tata steel dan ook af: er was geen privacy geschonden en er waren geen aanwijzingen dat de Omgevingsdienst onzorgvuldig met het beeldmateriaal zou omgaan.
Belangenafweging
Toch betekent deze uitspraak niet dat cameratoezicht te pas en te onpas kan worden ingezet. Voor overheidsorganen geldt dat zij zich niet alleen aan de AVG moeten houden, maar ook aan de beginselen van behoorlijk bestuur. Voor werkgevers geldt dat als zij camera’s op de werkvloer willen plaatsen, zij een daarvoor een gerechtvaardigd belang moeten hebben en het cameratoezicht noodzakelijk moet zijn voor verwezenlijking van dit belang. Zo wordt er getoetst aan de proportionaliteit (is de inbreuk evenredig?) en de subsidiariteit (is er geen ander, minder vergaand, middel om hetzelfde doel te bereiken?). Pas daarna wordt er een belangenafweging gemaakt tussen het recht op privacy en het belang van de werkgever.
Openbare weg
Ook andere personen dan werknemers kunnen belang hebben om niet gefilmd te worden. Zo is het de vraag of bedrijven met videobewaking of particulieren met een videodeurbel de privacy van anderen niet schenden als zij (een gedeelte van) de openbare weg filmen. In 2019 deed de rechtbank Utrecht hier een uitspraak1 over. In die zaak bestreek het beeld van de beveiligingscamera van een bedrijf een deel van de straat van de overburen. Deze bewoners hadden de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) gevraagd hiertegen op te treden. De AP had een onderzoek ingesteld, maar vond optreden niet nodig.
Ook bij de rechtbank vingen de bewoners bot: de camera’s filmden slechts een klein deel van de openbare weg en brachten niet meer personen op de weg in beeld dan noodzakelijk was om de eigendommen te beschermen. Andere, minder vergaande beveiligingsmaatregelen voldoen niet en het is het voor een efficiënte beveiliging nodig dat wordt gefilmd, zodat bijvoorbeeld een aangifte goed kan worden onderbouwd. In dit geval woog het belang van het bedrijf zwaarder.
Wilt u meer weten over cameratoezicht en privacy?
Heeft u vragen over de AVG en het monitoren van personen? Neem vrijblijvend contact op met ons via onderstaand contactformulier of bel ons op 078-200 13 14. Wij laten u dan meteen weten wat NewBaze voor u kan betekenen!
1. Rechtbank Midden-Nederland 12 maart 2019, ECLI:NL:RBMNE:2019:2725.